Nieuws

Over ons Nieuws “Belgische sauzen kunnen even bekend worden als de Belgische friet.”
Over ons Nieuws “Belgische sauzen kunnen even bekend worden als de Belgische friet.”
Nieuws

“Belgische sauzen kunnen even bekend worden als de Belgische friet.”

19/05/2017

Het gaat goed met sauzenproducent Manna, bekend van onder andere de Manna-bolognaise en andere warme en koude sauzen. Sylvie Van den Broeck (40) leidt het familiebedrijf met magazijnen in Wijnegem en productie in Schoten jaar na jaar naar een stevige groei. En als het van haar afhangt komt daar niet meteen verandering in. “De wereld is groot en overal eten mensen graag sausjes”, klinkt het.

Het bedrijf werd in 1935 opgestart door de overgrootvader van Van den Broeck. “Hij verkocht toen haring in azijn. Bij de opkomst van de frituren begin de jaren vijftig begon hij ook koude sauzen te maken. Het assortiment was toen beperkt tot pickles, mosterd, ketchup en mayonaise”, vertelt de CEO.

De man had wellicht nooit durven vermoeden dat er ooit meer dan 150 verschillende sauzen in het assortiment van het familiebedrijf zouden zitten. “Van mayonaise hebben we al minstens twintig verschillende recepten, afhankelijk van de wensen van de klant en de regio waar de saus verkocht wordt. Zo eet men in Nederland graag een zoete mayonaise, terwijl men in Frankrijk de voorkeur geeft aan een zuurdere versie. Het verschil is zelfs in eigen land te merken tussen Vlaanderen en Wallonië. Dat geldt ook voor onze warme sauzen: in het Antwerpse verkoopt de Chinese curry geweldig goed, terwijl de Walen zweren bij carbonarasaus.”

 

Pioniers van de bolognaise

Maar veruit het populairste product blijft wel nog altijd de Manna-bolognaise. “Begin jaren tachtig waren we met dat product eerst op de markt. In het begin reageerde iedereen heel sceptisch. Hoe kun je een kant-en-klare saus met vlees in een pot verkopen? Makro was toen onze eerste klant en al snel verkocht de saus heel goed. Vandaag verkopen wij vier keer zoveel bolognaisesaus in ons land dan alle grote internationale merken als Miracoli, Bertolli, Panzani en Heinz samen.”

“Hoe dat succes te verklaren valt? Er zijn verschillende factoren. We werken hier bijvoorbeeld consequent met dagverse producten. ’s Morgens worden de groenten geleverd en ’s avonds zijn ze verwerkt tot saus. Als ik mensen rondleid in de productie, dan zijn ze vaak verbaasd dat onze koeling zo klein is. Dat komt omdat we alles vers verwerken. In tegenstelling tot de grote internationale merken hebben wij de bolognaisesaus echt op smaak van de Belgen gemaakt. Goed gekruid en toch net niet te pikant voor de kinderen, fijne groentjes en vooral véél vlees. Toen we ons vleesgehalte een paar jaar geleden van 20 naar 25% opdreven, steeg onze verkoop zelfs nog heel sterk.”

“Veel klanten eten de saus nu al tientallen jaren en zijn ermee opgegroeid. Zelf doe ik ook nog minstens elke week een pot open, ik ben er dan ook mee groot geworden. Op vakantie namen we vroeger zelfs enkele bokalen spaghettisaus mee en mijn grootvader nam zelfs zijn eigen tube mayonaise mee. We zijn best wel fier op wat er hier gemaakt wordt”, zegt de CEO.

Na stichter Henri, grootvader Richard en vader Jean is de voeling met het product duidelijk ook doorgegeven aan de huidige CEO. “Ik ben heel blij dat mijn familie ooit in de voeding begonnen is en niet in pakweg autobanden of informatica. Dit is een heel tastbaar product dat bij elke familie op tafel komt. Je kunt er met iedereen over praten.”

“Mijn vader Jean is nu niet meer betrokken bij de dagelijkse leiding in het bedrijf. Maar we bellen hem nog geregeld op om hem advies te vragen over productontwikkeling. Hij heeft een ongelofelijk gevoel voor smaak. Heel veel van onze meest succesvolle recepten, zoals de bolognaise, komen van hem. Hij weet ook als geen ander hoe je een lekkere saus op industriële manier moet bereiden om die te laten smaken alsof ze in je eigen keuken gemaakt is.”

 

Looksaus als ontbijt

Zelf proeft Sylvie ook vaak. “Je moet je eigen producten kennen en de kwaliteit opvolgen. Soms spreken we af om ’s morgens om 8u sauzen te proeven. Op dat uur van de dag is het wel een uitdaging om pakweg looksausjes te proeven, maar ik ben het ondertussen gewoon.”

Met de familiestamboom in gedachten was het logisch dat Sylvie ooit in het familiebedrijf terecht zou komen. Al gebeurde het wel vroeger dan verwacht. “Ik ben hier in het jaar 2000 komen werken. Ik was nochtans van plan om eerst elders ervaring op te doen. Ik ben hier iemand tijdelijk komen vervangen voor drie maanden en zeventien jaar later ben ik hier nog”, lacht ze.

“Het was toen een moeilijkere periode voor het bedrijf. Er was nood aan professionalisering. Ik heb toen een nieuw team mogen samenstellen en diezelfde mensen zijn hier nu nog altijd. Samen hebben we toen een gezond bedrijf opgebouwd. In 2008 ben ik CEO geworden. We zijn erin geslaagd om de omzet sindsdien te verdubbelen. Dit jaar mikken we op 36 miljoen euro, wat weer een forse stap vooruit zou betekenen. We hopen binnen enkele jaren naar 50 miljoen door te kunnen groeien.”

De sterke stijging is bijna volledig op het conto te schrijven van de export. “Het potentieel is groot, ook over de landsgrenzen heen eten mensen graag sauzen om hun gerechten net dat extraatje te geven. Je merkt in meer en meer landen trouwens dat Made in Belgium in de voedingssector als een soort keurmerk wordt beschouwd. Ik ben er zeker van dat de Belgische sauzen even bekend kunnen worden als de Belgische friet. We leveren nu al aan landen als Angola en in elk luxehotel in Mauritius zijn de sauzen afkomstig van Manna. Daar kunnen nog veel landen bij komen. We zijn nu trouwens met de voorbereidingen bezig om ook in andere continenten zaken te doen met een aangepast sauzengamma.”

 

Met dank aan Driesje

Een voorbeeld van hoe een land kan vallen voor de Belgische sauzen, is Italië. “Daar zijn recent meer dan honderd frituren opgestart die onze sauzen gebruiken. Naast pizza en pasta leren ze daar nu ook frieten eten als een snelle en goedkope maaltijd. En wat helemaal te gek is: de sauzen spelen er nog meer een hoofdrol dan bij ons. Ze verkopen er namelijk geen vleessnacks bij zoals bij ons de gewoonte is. Op het menubord staan wel meer dan dertig verschillende sauzen waar ze hun frieten in kunnen soppen.”

De verovering van Italië via een franchising-concept kreeg overigens nog een duwtje in de rug. “Dries Mertens is daar als voetballer van Napoli nu heel hot. We merken dat dat wel wat deuren heeft geopend voor het merk België. Van zodra hij ter sprake komt, gaat het er vaak veel vriendschappelijker en losser aan toe tijdens de onderhandelingen. Op die manier heeft hij ons misschien onrechtstreeks wel geholpen.”

En zo richt het Antwerpse bedrijf haar vizier steeds meer op de wereld. Tegelijk blijft de familiale binding groot. Sylvie is vandaag niet de enige Van den Broeck in het familiebedrijf. “Ook mijn broer Tim werkt voor het bedrijf. We scheiden privé en werk zo goed mogelijk. Onze rollen van broer en zus en collega houden we uit elkaar en onze rollen binnen het bedrijf zijn duidelijk gedefinieerd. We zouden niet willen dat familiale bekommernissen de zaak zouden beïnvloeden of andersom. We willen dat onze mensen ten volle profiteren van de positieve aspecten van een familiebedrijf. Zelf heb ik geen kinderen, maar ik merk bij de kinderen van mijn broer dat ook zij al interesse tonen. Ooit volgt misschien dus nog een vijfde generatie.”

 

Naast de ambitie om te blijven groeien, is er ook nog de wil om de infrastructuur aan te pakken. Want voorlopig wordt er nog gewerkt vanuit de magazijnen in Wijnegem én de productie in Schoten. “Het is onze bedoeling om de komende jaren de productie en het magazijn op één locatie onder te brengen. Eerst werken we verder aan de professionalisering van onze structuren en processen. Daarna gaan we voor een nieuw gebouw. Nu rijdt er een vrachtwagen de hele dag over en weer tussen de twee locaties, zodra alles gecentraliseerd is, werkt dat veel efficiënter.”